Stijging minimumloon en uitkeringen in Caribisch Nederland vanaf 1 januari 2023

Per 1 januari 2023 verhoogt het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het minimumloon op Bonaire, Saba en Sint Eustatius met respectievelijk 18,2 procent, 15 en 14,3 procent. Dit is inclusief een correctie voor de inflatie. Daarnaast verhoogt minister Carola Schouten (Armoedebeleid, participatie en Pensioenen) de bedragen van uitkeringen zoals het AOV-pensioen en de Onderstand per 1 januari 2023 bovenop de inflatie. Vanuit het belang van armoedebestrijding stijgen deze uitkeringen meer dan het wettelijk minimumloon.

Geld

Het wettelijk ouderdomspensioen AOV wordt per 1 januari 2023 in één keer verhoogd naar het niveau van het ijkpunt sociaal minimum, dat aanvankelijk voor 2025 was beoogd.

De Onderstand en het weduwen- en wezenpensioen (AWW) worden verhoogd met 22,2 procent op Bonaire. Op Saba en Sint Eustatius stijgen de Onderstand en AWW met 19,7 en 19 procent. Bij de Onderstand kan de verhoging voor verschillende huishoudtypes hoger of lager zijn met het oog op differentiatie naar huishoudtype overeenkomstig het ijkpunt sociaal minimum. Zo worden de onderstandstoeslagen voor zelfstandig wonenden en paren meer verhoogd, waardoor de bedragen voor deze huishoudsituaties in de gewenste verhouding ten opzichte van het minimumloon worden gezet.

Ouders en verzorgers krijgen in 2023 meer kinderbijslag. Op zowel Bonaire, Saba als Sint Eustatius wordt de kinderbijslag voor ieder kind tot en met 17 jaar verhoogd met 20 dollar per maand.

Het overzicht met alle exacte bedragen van het wettelijk minimumloon en de uitkeringen in 2023 wordt op korte termijn gepubliceerd.

Verbeteren bestaanszekerheid

Het kabinet heeft in het regeerakkoord aangegeven dat voor Caribisch Nederland de prioriteit ligt bij het verbeteren van het economisch perspectief. De stijging van het minimumloon is op Bonaire en Saba groter dan het advies van de sociale partners in het Centraal Dialoog, maar gematigder dan wenselijk zou zijn met het oog op het bereiken van het ijkpunt sociaal minimum in 2025. Dit komt door de ongekend hoge inflatie. Minister Carola Schouten zegt hierover in een brief aan de Tweede Kamer:

“Ik heb geprobeerd om met de huidige stappen de balans te zoeken tussen de uiteenlopende belangen van enerzijds het beheersen van de werkgeverslasten in een tijd waarin de inflatie buitengewoon hoog is en anderzijds het belang van het realiseren van het ijkpunt sociaal minimum met het oog op armoedebestrijding. Ik ben me ervan bewust dat deze uitkomst en de daarmee gemoeide belasting voor werkgevers een extra uitdaging betekent. Vanuit het belang van armoedebestrijding kies ik ervoor om bij de verhoging van de uitkeringen niet zoals gebruikelijk de ontwikkeling van het wettelijk minimumloon te volgen, maar om per 1 januari 2023 hierin een stap verder te gaan.”